12.12.2023
Wat gebeurt er als een werknemer ziek wordt nadat zijn vakantie al is gepland/vastgesteld en, met toestemming van de bedrijfsarts en werkgever, met vakantie gaat? Denk hierbij bijvoorbeeld aan de werknemer met een burn-out die hoopt dat de vakantie bijdraagt aan zijn herstel. Behoudt de zieke werknemer als hij op vakantie gaat dan zijn vakantiedagen of niet? Met de kerstvakantie in zicht een actuele vraag.
De Hoge Raad heeft hier recent over geoordeeld.
De hoofdregel is dat ziektedagen tijdens een reeds vastgestelde vakantie alleen met toestemming van de werknemer kunnen worden aangemerkt als vakantiedagen. Dit ziet niet alleen op de situatie dat de werknemer ziek wordt tijdens zijn vakantie, maar ook op de periode daarvoor (voor de vakantie, maar na het moment van vaststelling). Indien de werknemer voorafgaand aan een reeds vastgestelde vakantie ziek wordt, maar besluit toch met vakantie te gaan, betekent dit niet dat de werknemer (impliciet) instemt met het aanmerken van ziektedagen als vakantiedagen, aldus de Hoge Raad. De toestemming moet expliciet zijn gegeven. Geeft de werknemer die toestemming niet expliciet, dan gelden de dagen waarop hij met vakantie gaat ‘gewoon’ als ziektedagen en behoudt de werknemer zijn vakantiedagen.
Voor bovenwettelijke vakantiedagen geldt overigens dat bij schriftelijke overeenkomst (waaronder een cao) vooraf kan worden afgesproken dat verleende dagen als vakantiedagen blijven gelden, ook als de werknemer vlak voor of tijdens de vakantie ziek wordt. Deze uitzondering geldt niet voor wettelijke vakantiedagen. De uitspraak is hier te lezen.
Voor arbeidsrechtelijke vragen over vakantie en/of ziekte, neem gerust contact op met Nynke IJzerman of Hanneke van Andel
Op de Dag van de Persvrijheid heeft Villamedia een belangrijk artikel gepubliceerd van onderzoeksjournalist Stella Braam. In het artikel deelt Braam haar reactie op het klachtenrapport van 30 april jl., dat zij ontving van directeur-generaal van de AIVD, Erik Akerboom, naar aanleiding van haar klacht.
Het is alleen mogelijk een concurrentiebeding op te nemen in een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd als er in de arbeidsovereenkomst een (extra) motivering staat in dit verband. In die motivering moeten de zwaarwegende bedrijfsbelangen staan die de werkgever heeft om 'deze specifieke werknemer' aan 'dit specifieke concurrentiebeding' te binden. Een algemene, bedrijfsbrede motivering volstaat dus niet.
Vorige week oordeelde het Benelux Court of Justice dat de merkaanvraag voor VAN WONDEREN STROOPWAFELS te kwader trouw en dus nietig is. Eerder, in 2022 wees het Benelux Office for Intellectual Property (BOIP) de vordering tot nietigverklaring nog geheel af.